COMPOSER, CONDUCTOR, DOCENT, JURY MEMBER FROM HASSELT, BELGIUM

Dit werk, geschreven voor gemengd koor, koperkwintet, marimba en pauken ,bevat een eigentijdse klankwereld door het samenvoegen van 3 belangrijke oude modi nl. de eolische, de phrygische en de lydische kerktoonaarden. De consekwente aanwezigheid hiervan maakt dat deze compositie wat archaïsch aandoet en toch vernieuwend klinkt, mede door de sterke verwerking van repetitieve elementen, spreekkoren, ritmische impulsen en maatwisselingen. De wisselwerking van het vokale op het instrumentale maakt dit werk tot een grote eenheid.
Drie delen zijn voorzien.
Het eerste deel is volledig gewijd aan 1 centraal thema ‘de lofzang’, verwerkt in een bad van canonprincipen. Het mystische begin van het tweede deel geldt als voorspel op het eerste spreekkoor waardoor de aanzet gegeven is voor de herneming van het ‘lofzang’-thema uit het eerste deel.
Deel 3 begint met een duidelijke a capella koorfuga; het litanie-achtige motief blijft aanwezig (‘sit nomen Domini benedictum) en vormt de aanzet tot een korte experimentele interventie. Binnen de orkestratie is de combinatie van kopers met het melodische slagwerk (marimba) een nieuw gegeven.
De marimba is inderdaad een ideaal verlengstuk van de menselijke stem en krijgt daardoor een centrale plaats toebedeeld.
Psalmus 112 is gebouwd op een vrij klassieke vormgeving, maar tracht vernieuwend te zijn binnen de orkestratie en de interactie tussen het vokale en het instrumentale. Naast deze versie bestaat dit werk nog voor koor met orgel en voor koor met symfonisch orkest. De uitgave werd verzorgd door EUPRINT Heverlee (B).