COMPOSER, CONDUCTOR, DOCENT, JURY MEMBER FROM HASSELT, BELGIUM

Dit werk schreef ik in opdracht van het Kempisch Jeugdorkest en werd voltooid op 22/8/1990. Het was in feite mevrouw An Suykerbuyck die de aanzet gegeven heeft tot het componeren van dit werk. Vanuit haar grote voorliefde voor het Orffinstrumentarium ging zij op zoek naar een nieuwe uitdaging voor haar orkestleden. Ooit eens samenspelen met groot symfonisch orkest leek een grote onwaarschijnlijkheid tot dat het voorstel kwam om een compositieopdracht te verlenen. Vanuit dit perspectief groeide dit werk.
Voor mij als componist was het geen gemakkelijke opgave gezien de grote beperkingen van dit elementaire instrumentarium.
Uiteindelijk heb ik geprobeerd om het specifieke klankidioom van de Orffinstrumenten te integreren (soms als nieuwe kleur, soms als sologroep) in het grote klassieke orkest. Het gehele werk vertoond een doorzichtige en kleurrijke orkestratie waarbij na de inleiding het samengaan van de houtblazers met de Orffinstrumenten een aangenaam geluid voorstellen. Het volledige 2de deel wordt gedragen door de combinatie van vibrafoon, strijkers en houtblazers, dat een heel aparte kleur geeft
Deel 3 steunt op een ritmische struktuur van ¾ met 5/8 in de sfeer van de wals-gala. Het houterige geluid van de xylofonen accentueren nog meer deze ‘gebrekkige’ walsstructuur. In deel 4 worden alle mogelijkheden naar kleurencombinatie benut om ons zo te leiden naar het beginthema dat groots afgesloten wordt.